NIEUWS

 
Freddy Nachtegael

Het Paleis der Natie

Het was de eerste niet zonnige herfstdag, dus idealiter om de autocar in te stappen richting Brussel. Neen, we zijn niet gaan betogen. We hebben vertrouwen in onze volksvertegenwoordigers voor wie we al dan niet hebben gekozen. Onze bestemming lag in de Leuvenseweg 13, waar het Federaal Parlement is gehuisvest en dat zoals je weet, bestaat uit twee parlementaire assemblees, namelijk de Kamer van volksvertegenwoordigers en de Senaat.

Elk van hen heeft zijn bevoegdheden, waarover we niet gaan uitwijden. Het federaal Parlement is sinds 1831 gevestigd in dit gebouw, waar de voormalige Soevereine Raad van Brabant en de Staten-Generaal van het Koninkrijk der Nederlanden in was ondergebracht. Na de Belgische onafhankelijkheid kreeg het gebouwencomplex de naam Paleis der Natie en werden er twee halfronden ingericht.

Onderweg naar Brussel geen files, wat een luxe. Hierdoor waren we driekwart uur te vroeg op het appel. We konden wel niet binnenkomen langs de grote poort. De zeer vriendelijke onthaalmedewerkers schoten onmiddellijk in gang om de gidsen sneller aan boord te krijgen. Natuurlijk waren er veiligheidsmaatregelen. We werden op één bezoeker na, verzocht onze gsm’s, handtassen en jassen in te leveren en werden uitgenodigd om via een metaaldetector te passeren. Blijkbaar zijn er heel wat Capriccio’s die metaal in hun ledematen hebben zitten.

Onze 50 man sterke delegatie werd gesplitst in twee groepen. Groep 1 begon het bezoek met een klassieke rondleiding aan het instituut Parlement, terwijl de tweede groep van start ging met de rondleiding “Kunst in de Senaat”. Na de middag werden de rollen omgedraaid.

Mevrouw Muriel Lauwers werd als gids toegewezen aan groep 1 (na de middag zou Cindy Vandenplas de klassieke rondleiding verder gidsen). Op zeer keurige en taalvaardige manier liep ze samen met ons door de gangen en zalen terwijl ze zeer professioneel uitleg gaf bij de werking van het instituut. Het parlement is het hoogst verkozen beraadslagende orgaan van een democratische rechtsstaat dat een essentiële rol speelt in de totstandkoming van wetten of in zijn controle op de uitvoerende macht. De naam is afgeleid van het Franse parler, wat "praten" betekent; een parlement is een gesprek, een discussie, dus een vergadering waar mensen discussiëren over zaken.

Groep 1 aan de trappen met de groene bekleding  (Kamer van Volksvertegenwoordigers)

Groep 1 aan de trappen met de groene bekleding (Kamer van Volksvertegenwoordigers)

Voor we het bezoek van start lieten gaan, werd een groepsfoto genomen aan de voet van de welbekende trap met de groene traploper. Aan de andere zijde van het gebouw is een rode traploper geplaatst, rood is de kleur inherent aan de Senaat. Waarom dit allemaal zo is geregeld vertelde mevrouw Lauwers op zeer vakbekwame wijze, tot ze plots werd onderbroken. Koen Metsu, onze Edegemse burgemeester en volksvertegenwoordiger had in de wandelgangen vernomen dat er bezoek was vanuit Edegem. Hij legde zijn parlementair werk even opzij en kwam samen met Tim De Bock, afdelingshoofd communicatie in de Senaat en eveneens uit Edegem, onze groep vervoegen. Hij nam kortstondig het gidswerk over terwijl wij plaats namen op de groene zitjes.  Later die dag stelden we vast dat de rode zitjes in de Senaat heel wat zachter waren. Ik denk dat we hier niets achter moeten gaan zoeken en dat het enkel te maken heeft met de leeftijd van de senatoren, die meestal iets hoger ligt dan bij de leden van de groene Kamer. En dan zijn de zachte zitjes welgekomen. Waarvoor dank trouwens.

Ondertussen was groep 2 begonnen aan de rondleiding met als thema ‘De geschiedenis van het kunstpatrimonium van de Senaat’ een wandeling waarbij de kunst in de Senaat centraal stond. Hier was Serge Gasparella de kunstige gids die toelichting gaf bij de vele werken die door de Senaat zijn aangekocht, samen met de schilderijen van alle voorzitters en andere borstbeelden van de eerste ministers die we de laatste jaren hebben gekend.

Oorspronkelijk was het enige aanwezige kunstwerk het reliëf van Godecharle in het fronton aan de Wetstraat. Vanaf 1845 wordt de Senaat langzamerhand door de overheid voorzien van kunstwerken van “nationaal-historische” inspiratie, die aan Belgische kunstenaars besteld worden. Het zijn bijvoorbeeld de beelden van het peristilium of de schilderijen van het halfrond. Hierbij voegt zich de wil om samen met de Kamer van volksvertegenwoordigers een picturaal en sculpturaal pantheon samen te stellen, met portretten en borstbeelden van de voorzitters van de assemblees, de vorsten en de eerste ministers.

Ten slotte moesten de diverse salons, commissiezalen en kantoren ook van decoratie worden voorzien. Kunstwerken werden aan de Senaat toevertrouwd door de verschillende ministeries die in de loop der tijd belast werden met de aankoop van kunstpatrimonium voor de Belgische Staat, musea deponeerden werken in de Senaat, ook de Senaat zelf heeft met eigen budget kunst aangekocht. Een aantal kunstenaars heeft eveneens werken aan de Senaat geschonken.

In 2005 werd de commissie Kunst in de Senaat opgericht. De commissie heeft een consultatief mandaat inzake het beheer van het kunstpatrimonium van de Senaat, de instandhouding van het bestaande patrimonium, de verfraaiing van de gebouwen, de opwaardering van het bestaande patrimonium (bv. door tentoonstellingen), het dynamische kunstbeleid (aankoop en bruikleen van kunstwerken). De commissie omvat zowel senatoren als externe leden, gekozen wegens hun ervaring en reputatie in de kunstwereld. Ze wordt voorgezeten door de voorzitter van de Senaat. 

Op het middaguur werd het bezoek onderbroken en moesten we naar de overkant van de straat om te gaan lunchen in het recentere Forumgebouw, waar een broodjeslunch was gereserveerd in het restaurant met de toepasselijke naam ‘De Moniteur’. Terwijl we de straat overstaken hadden we zicht op de ‘Tondo’.

Tondo is de naam van de loopbrug boven de Leuvenseweg in Brussel die de verbinding maakt tussen het Paleis der Natie en het recentere Forumgebouw van het federaal parlement. OFFICE Kersten Geers David Van Severen koos er bewust voor om de brug te ontwerpen als een ruimtelijk element eerder dan als een zuiver technische oplossing. Het werd een bijna zwevend paviljoen tussen de gebouwen.

Federale parlementsleden die zich moeten verplaatsen tussen het historische Huis van de Parlementsleden en het Forumgebouw, het nieuwe vergadercomplex aan de overkant van de straat, hoeven dat niet meer in openlucht te doen. 

Voortaan kunnen ze de oversteek maken via een fraaie ringvormige passerelle met spiegelgevels. De licht hellende brug kreeg de naam ‘Tondo’, naar de ronde schilderijtjes die erg populair waren tijdens de Renaissance, en is grotendeels opgetrokken uit staal. Een zwevende rotonde, een ufo, een reusachtige donut, een uit de kluiten gewassen trouwring of zelfs een gigantische rol duct tape: de in het oog springende passerelle is de voorbije maanden al met heel wat uiteenlopende zaken vergeleken. Wat er ook van zij: de bouw van Tondo maakte heel wat los in Brussel. Missie geslaagd dus, want toen de Kamer in 2016 een ontwerpwedstrijd uitschreef, had ze de ambitie om er een architecturale eyecatcher van te maken. Office Kersten Geers David Van Severen opteerde voor een unieke vormgeving, waarbij de passerelle werd opgevat als een ruimtelijk element en dus niet zozeer als een technische oplossing. De rest is intussen geschiedenis ...

Tijdens de middag was in het restaurant ‘Moniteur‘ een lekkere broodjeslunch voor ons voorbereid. We kregen meer dan voldoende tijd om onze eerste ervaringen onderling te delen, want deel 2 ging pas om 14u30 van start.

Om 16u30 zat ons bezoek erop en gingen we op zoek naar de autocar, want parkeren in de binnenstad is niet alleen voor de automobilist een hel, ook de autocars ontsnappen er niet aan. Een toeristische flater?

Op de terugrit naar Edegem maakten we wel kennis met de Brusselse avondspits en duurde onze trip dubbel zo lang dan de ochtendrit.

Edgar (foto onderaan) en Freddy hadden weerom hun best gedaan om deze uitstap in de beste sfeer te laten verlopen.